Deel 3: Buiten leven de katten
De (poezen) pil werkt soms niet. En het bewijs daarvoor heet: Kareltje. Ja, lieve mensen, wij doen echt ons best om op een verantwoorde manier met de poezen en katers om te gaan die op ons erf horen. Of katten die toevallig aan komen lopen en besluiten te blijven... Want er wordt wat gescharreld door de katten op het platteland. Dit 'scharrelen' kunt u letterlijk en figuurlijk nemen. Je kostje bij elkaar scharrelen Letterlijk: scharrel, scharrel, scharrel, waar staat toevallig nog een volle voerbak, of aai, aai, tegen je been, "Toe heeft u nog wat eten voor mij, ik ben maar een zielige zwerfkat..." Dat laatste is een leugen(tje) van de onbekende kat in kwestie, want voor alle katten in de omgeving wordt, naar mijn weten, prima gezorgd. Maar de buiten-leef-katten zijn slimmer dan menigeen denkt en weten precies bij welke boerderij je goedkope brok krijgt, en bij welke lieve bewoonster je na lang zeuren een lekker maaltijd zachte brok kan verorberen. Her en der ook een lekker muis vangen in het veld of achter een schuurtje en het kattenleven is goed. Een echte scharrel 'Scharrelen' is figuurlijk genomen ook een feit. Zodra er ergens een poes krols is, zijn het ware feesten op het erf. Vooral 's nachts en vooral onder het slaapkamerraam. En zo werd dus Kareltje geboren, samen met broertjes en zusjes die inmiddels bij andere eigenaren zijn. Kareltje was niet bepaald gepland. De betreffende poes kreeg iedere week keurig op tijd de pil, verstopt in een heerlijke zachte kattenbrok. Jammy, jammy en lik, lik en weg was de maaltijd, inclusief pil. Maar de pil werkt dus niet altijd.... Nu, we zullen het maar eerlijk bekennen. Kareltje is het mooiste en liefste katertje ooit. Hij zal keurig worden gecastreerd zodat ie niet te veel aan de wandel gaat. Maar ja hè, dat bepalen de buiten-leef-katten hier zelf. Want scharrelen is een leuke bezigheid. Vervolg van Buiten leven de katten 1 en 2.
De vraag is eigenlijk altijd of jij samenleeft met katten of dat de katten hun eigen leven leiden, toevallig met jou. Katten staan er namelijk om bekend dat ze geheel hun eigen gang gaan. In tegenstelling tot bijvoorbeeld honden, die zich volledig aanpassen aan de levensstijl van hun baasje, lijkt het bij katten eerder op het omgekeerde. Lees en oordeel zelf. Wederzijdse belangen Wij leven al lang en gelukkig op het platteland waar de katten al de baas waren toen wij onze wilde jaren nog doorbrachten in de stad. De katten bepalen hier grotendeels zelf waar ze gaan of staan en horen meer bij een boerderij of omgeving dan bij de mensen die daar toevallig wonen. Maar gelukkig lukte het ons om een vriendschapsband met de katten op te bouwen en elkaar te versterken. De katten waren blij met de verzorging en aandacht die ze van ons kregen, wij waren blij met hun ongediertebestrijdingswerkzaamheden. Raamvertelling Enige aanpassing is er echter wel altijd geweest. De katten reageerden bijvoorbeeld al heel snel op onze dagindeling. Eén moment van de dag was toch wel het allerbelangrijkste en dat was tijd rond de avondmaaltijd. Nu heb ik het niet over hun maaltijd, maar de onze. Zij hadden namelijk allang hun eten gehad. Desalniettemin, elke dag weer, klokslag half zes, verzamelden de katten zich tegenover het raam van de keuken. Publieke tribune Meestal zaten de katten er met hun eigen groepje. Soms namen ze vriendjes en vriendinnetjes mee en was de tribune al snel vol. Daar zaten ze dan op een rijtje op de houten picknicktafel, die buiten vlakbij het raam staat en de perfecte hoogte biedt om naar binnen te kijken. Steevast in dezelfde volgorde en altijd zonder ruzie zaten ze daar opgesteld te wachten op het moment van de dag dat ik dus de keuken inliep. Ik trok mijn keukenschort aan, knikte even naar mijn publiek en begon met koken. Acht paar ogen volgden iedere beweging die ik maakte, en soms dus wel 12 paar of zelfs 16. The show must go on De katten volgden mij zo intens geconcentreerd dat een muisje kon langslopen en haar tong kon uitsteken, zonder dat de katten hier op reageerden. Geen tijd voor de jacht op een muisje, want het eten dat ik aan het voorbereiden was, was vele malen interessanter. The show must go on. Nu weet ik dat de meeste kattenliefhebbers zouden gruwelen bij het idee dat de katten restantjes mensen-eten krijgen, maar ik moet eerlijk toegeven dat hun extreme interesse in dit moment van de dag natuurlijk niet voor niets was (en is). Marga has left the building Daar kwam ze dan eindelijk naar buiten, met het schaaltje extraatjes voor de katten. De katten vlogen er op af, schrokten het schaaltje leeg, likten het zorgvuldig na en verlieten de setting al likkend aan hun pootjes om ergens te gaan uitbuiken. Soms was er een beetje onderlinge ruzie, maar meestal was er genoeg voor iedereen dus echte erfgevechten bleven gelukkig uit. En was er één van onze katten die zich even omdraaide naar hun baas die hen deze extraatjes had gebracht? Wat denken jullie? Dat kunnen jullie kattenliefhebbers wel raden. Nee dus. Want iedere kattenliefhebber weet dat katten helemaal geen baas hebben, maar personeel. Ik was voor hun op dit moment van de dag hun entertainer, hun persoonlijke kok & serveerster. De katten liepen weg en gingen weer verder met hun eigen buitenleven…. Zoals zij al jaren deden. Deel 2: Buiten leven de katten
We verhuisden naar een woonboerderij in het Hoge Noorden en kregen er als bonus zomaar drie katten bij. Was dit liefde op het eerste gezicht of een gearrangeerd huwelijk? Tijd heelt alle wonden Ik was een dertiger en een paar jeugdtrauma’s had ik inmiddels wel overwonnen. Ruzie met vriendinnetjes, betrapt op snoep jatten uit een winkeltje en nog wat andere zondes. Tijd heelt alle (kleine) wonden. Maar één jeugdtrauma was gebleven en dat was de woede voor de katten van de buren, die onze hamster Cindy te pakken hadden gekregen. Het arme dier werd telkens in de lucht gegooid en net zolang gemarteld tot er geen gepiep meer te horen was. Daarna aten ze Cindy maar half op, want ze hadden eigenlijk helemaal geen honger. Wat heb ik die beesten gehaat. En dat liet ik ze merken. Zodra het rapaille door onze tuin liep, kwam ik aangerend met een emmer water en gooide ik de complete inhoud over hen heen. ‘Rotbeesten!’ riep ik dan en de tranen sprongen in mijn ogen. Tranen van woede en verdriet, want als ik hen zag, dacht ik weer aan de schattige kraaloogjes van mijn goudkleurige hamster, die mij altijd zo lief aankeken als zij een nootje vasthield en die lekker opknabbelde. Duidelijke afspraken Op de tweede dag van ons nieuwe leven in onze nieuwe woonomgeving heb ik Bloemkool, Schilderij en Theepot bij mij geroepen en streng toegesproken. Ik heb hen verteld over de brute dood van Cindy. ‘Dus, laten we even harde afspraken maken over jullie menu en moreel gedrag.’ Ik legde hen uit dat ik het acceptabel vond dat ze muizen en oude zieke vogels zouden eten, maar never nooit jonge vogeltjes. En van onze nieuwe hamster, cavia’s en meneer Konijn moesten ze absoluut afblijven. ‘Anders gaan jullie zwemmen in de regenton met de deksel erop,’ waarschuwde ik hen zogenaamd bloedserieus. De katten keken mij met grote ogen aan. Vervolgens keken ze naar elkaar. Bloemkool draaide met zijn voorpootje cirkeltjes langs zijn hoofd en wees naar mij, waarna de katten mij de rug toekeerden en op hoge poten wegliepen. Toch was ik tevreden. Als ik de zorg over deze katten zou krijgen, zouden ze zich ook aan onze regels moeten houden. En dat wisten ze nu. Succesvolle inburgering en samenwerking In de jaren die volgden groeide langzaam een vriendschapsrelatie tussen mij en de katten. Ze hielden zich aan de afspraken en ik gaf hen de zorg die ze nodig hadden. Het leek er op dat de katten mijn waarschuwing ter harte hadden genomen. Ze zullen ongetwijfeld, buiten mijn gezichtsveld, hun menu hebben aangevuld met vogels of ander onbekend & ongewenst gespuis dat op ons erf rondliep. Maar wat niet weet, dat niet deert. Heden en ver verleden Inmiddels slenteren de (klein-)kinderen van Bloemkool, Schilderij en Theepot over het erf en ik moet er niet aan denken dat ik die geweldig lieve, grappige knuffeltjes zou moeten missen. Ze horen nu net zo goed bij ons als de omgeving. Is dit dan toch liefde voor katten? Misschien wel, maar heel soms denk ik weer aan Cindy Dan hoor ik in gedachten haar doodskreten. Gelukkig besef ik dan dat het geluid van buiten komt, van een muisje dat kennelijk als nagerecht op de menukaart van de katten staat. De natuur is de natuur, verzucht ik, en ik zet het geluid van de TV iets harder. Vol schaamte, want wie is hier nu hypocriet? Maar als het gepiep en gemartel te lang duurt of als ik het niet meer kan aanhoren, ren ik snel naar buiten toe. Mèt een emmer water… wordt vervolgd Deze columns gaan over ‘mijn’ katten die buiten leven. Mensen vragen wel eens hoeveel katten ik nu eigenlijk heb. Vijf zeg ik dan. Maar eerlijk gezegd weet ik het niet precies.
De achtertuin van Nederland Daar woon ik met mijn gezin. Eén van de weinige gebieden met één mens per hectare en dus veel ruimte per persoon. En nog meer per kat. Hoeveel katten iemand heeft, hangt er van af hoe je ‘eigendom’ definieert. Telt het of ze bij ons geboren zijn? Of hoeveel zorg wij voor onze katten hebben? Of welke katten hier slapen, eten en leven en vooral: zich niet laten wegjagen? Ik vertrek Twintig jaar geleden verhuisden wij van de grote stad naar the middle-of-no-where ergens in het noorden aan de grens met Duitsland. Nooit spijt gehad, maar het was wel even wennen. Dat moesten we ook aan de katten die in ons leven kwamen. Correctie; wij kwamen in hún leven, want zij woonden hier al. De vorige bewoonster had ze achtergelaten en dit niet aan ons verteld. Een buurvrouw wees mij op het feit dat de katten bij de boerderij hoorden en vertelde welke drie het waren. “Hoe heten ze?”, vroeg ik nog. “Bloemkool is die grote witte. Theepot die grijze en Schilderij die met vlekken”, zei ze zonder blikken of blozen. De vorige bewoonster had namelijk kleinkinderen die af en toe op bezoek kwamen en de katten zo noemden. “Wat origineel…”, stamelde ik. De grootste zorg Katten horen hier dus bij de boerderijen en woon je ergens waar de katten altijd zijn, dan zijn zij dus van jou. Als je de katten die hier zijn geboren meetelt, dan zijn het er nu vijf. Moederpoes, zoontje, zusje-dochtertje, kleinkleindochtertje en zoon-man-kleinzoon. Het zorgen voor onze katten bestaat uit eten geven, opletten op de gezondheid, maar voornamelijk de voortplanting beperken. Dat laatste is echt nodig, want katten zijn hier nog succesvoller in zichzelf vermenigvuldigen dan konijnen. En dié hebben toch echt wel een reputatie! De dierenarts is blij met ons We zorgen dat de poezen de pil krijgen, de katers gecastreerd worden of dat er sterilisaties plaatsvinden. Dat laatste hangt voornamelijk af van de aanbiedingen die de dierenartsen hier doen op dagen dat je korting krijgt op in meervoud aangeleverde poezen. Ondanks deze zorg blijft het een kunst om te voorkomen dat er ieder jaar weer nestjes zijn vanwege het feit dat niet iedereen zich verantwoordelijk voelt. We komen namelijk terug op de definitie van bezit. Er lopen hier katers rond waarvan niemand weet van wie ze nu eigenlijk zijn. Dat zijn mannetjes die er niet om liegen. Bruut & brutaal en probeer ze maar eens van je erf af te jagen als een poes toch krols is geworden. Lawaaiige feesten vinden er dan plaats, daar is Lowlands niets bij. Gratis af te halen Gelukkig raak je de kittens hier altijd wel weer kwijt, want iedereen zit ook met het andere probleem: je geliefde kat is een makkelijk slachtoffer van het langsrazend verkeer. Die ene auto die per uur langsrijdt, moet namelijk wel altijd even knoerthard racen. En ineens mis je die lieve gevlekte poes of is Brutus al een tijdje niet meer langs geweest… Buiten-leven-de katten Nu hoor ik iedereen roepen dat de poezen binnenhouden een oplossing zou zijn voor bovengenoemde drie problemen: definitie van bezit, geboortebeperking en voorkomen van verkeersdoden. Dat klopt, maar katten hebben hier buiten ook een goed leven. Bij de stallen en in de velden is er genoeg te jagen op muizen, bomen zijn leuk om in te klimmen, bosjes om in te verdwijnen, loungestoelen om bezet te houden als het zonnetje schijnt, de hond om te pesten en de buren om wat eten te scoren. Bovendien leven katten hier al eeuwen en hen van hun vrijheid beroven staat hier gelijk aan een boer dwingen een kantoorbaan te nemen. Uitgesloten dus. Mijn vijf (?) katten hebben het hier goed. Bloemkool, Theepot en Schilderij leven overigens niet meer. Wordt vervolgd. We starten deze zomer met een Zomerfeuilleton. Een mooi ouderwets woord dat wat mij betreft mag blijven. Wat is een feuilleton? Het is een vervolgverhaal in een krant, tijdschrift of op een blog. Het woord verwijst naar het Franse woord feuille, dat blad of blaadje betekent.
De zomervakantie is een moment van rust. De veulens zijn geboren, de merries zijn terug van hun date met de hengst, jonge paarden gaan de wei in en een hoop paarden mogen ook even op vakantie in het weiland. Maar er zijn ook veel paarden die juist flink aan de bak moeten. En voor paardenmensen geldt eigenlijk: wij hebben nooit vakantie! Om de zomer te vieren bieden wij een zomer-feuilleton in de vorm van een reeks columns over Paard & omgeving. De katten op het erf, de stallen en het weiland, ongedierte etc. Het hoort er allemaal bij, of je het nu leuk vind of niet. En daarom besteden we dee zomer hier aandacht aan. Ook uw schrijfsels zijn welkom. Of dit nu een blog, een column, een gedicht, een videootje of een lang artikel is. Zolang het maar luchtig, lekker leesbaar, humoristisch en zonnig. Warme groeten, PaardenColumns wenst u alvast een fijne zomer-vakantie. |
Categorieën:
Alles
|